In het algemeen zal de kredietverstrekker, wanneer een kredietnemer een betaling niet volgens schema uitvoert, contact opnemen met de kredietnemer om hem aan de gemiste betaling te herinneren. Als de betaling dan nog steeds niet is verricht, kan de kredietgever verschillende opties overwegen, afhankelijk van de situatie die tot de gemiste betaling heeft geleid. Indien haalbaar wordt de lening herschikt of anderszins aangepast. In laatste instantie, als de kredietnemer niet in staat of bereid is de betaling te verrichten, zal de kredietgever een procedure voor de terugvordering van de lening inleiden. De invorderingsprocedure kan zowel door de kredietgever als door een uitbestede incassobureau worden uitgevoerd. Het precieze invorderingsproces en het tijdschema zijn voor elke kredietverstrekker verschillend.
Je kunt het potentiële verlies in geval van wanbetaling door de kredietnemer beperken door te investeren in mogelijkheden met een terugkoopverplichting. Als de kredietnemer meer dan 60 dagen na de geplande aflossingsdatum niet heeft betaald, treedt de terugkoopverplichting in werking en is de kredietverstrekker verplicht de lening terug te kopen, samen met eventuele rente. Er zij op gewezen dat de terugkoopverplichting het potentiële verlies niet vermindert wanneer een kredietverstrekkende onderneming haar verplichtingen niet nakomt.